C E C E
C E C
Wanneer de Noordzee koppig breekt aan hoge duinen
E C
En witte vlokken schuim uiteenslaan op de kruinen
Am Dm
Wanneer de norse vloed beukt aan het zwart basalt
G7 C
En over dijk en duin de grijze nevel valt
E Am
Wanneer bij eb het strand woest is als een woestijn
Dm G7
En natte westenwinden gieren van venijn
C
Dan vecht mijn land, mijn vlakke land
C E C
Wanneer de regen daalt op straten, pleinen, perken
E C
Op dak en torenspits van hemelhoge kerken
Am Dm
Die in dit vlakke land de enige bergen zijn
G7 C
Wanneer onder de wolken mensen dwergen zijn
E Am
Wanneer de dagen gaan in domme regelmaat
Dm G7
En bolle oostenwind het land nog vlakker slaat
C
Dan wacht mijn land, mijn vlakke land
C E C
Wanneer de lage lucht vlak over 't water scheert
E C
Wanneer de lage lucht ons nederigheid leert
Am Dm
Wanneer de lage lucht er grijs als leisteen is
G7 C
Wanneer de lage lucht er vaal als keileem is
E Am
Wanneer de noordenwind de vlakte vierendeelt
Dm G7
Wanneer de noordenwind er onze adem steelt
C
Dan kraakt mijn land, mijn vlakke land
C E C
Wanneer de Schelde blinkt in zuidelijke zon
E C
En elke Vlaamse vrouw flaneert in zon-japon
Am Dm
Wanneer de eerste spin zijn lentewebben weeft
G7 C
Of dampende het veld in juli-zonlicht beeft
E Am
Wanneer de zuidenwind er schatert door het graan
Dm G7
Wanneer de zuidenwind er jubelt langs de baan
C
Dan juicht mijn land, mijn vlakke land
x
1 di